Heech fan alds

17 mei 2019

in Heech fan Alds

Feike en Engelsje Buma kochten rond 1900 een kapitaal winkelpand, de winkel stond centraal in Heeg op de hoek van de hoofdstraat en de Zyl.  Zij verkochten daar alles van koffie tot klompen en die konden in de gewenste kleur worden geleverd. De winkel was niet groot omdat er een beneden en boven een woning was met een werkplaats om de klompen te schilderen. Toen hun dochter Klaske in 1887 trouwde met  Liuwe Albertsma. Liuwe voer op palingaken van de firma Visser in Heeg en hij kwam van Stavoren.  Klaske met Liuwe  woonden toen boven en Feike en Engelsje beneden bij de winkel.

Klaske was een donder, één met de broek aan. Zij was vel op de verdiensten. Daar tegenover was Liuwe kalm en plichtsgetrouw, hij bracht het tot aakschipper. Hij heeft spannende reizen gemaakt met stormen,  zo heeft hij een keer aan een oomzegger vertelt. Die vroeg toen, was u toen ook bang? Ja jongen dat valt niet mee.  Dan is men wel in nood. Alle zeilen werden naar beneden gehaald. Het schip kraakte als of het zou barsten. Het slingerde heen en weer en luisterde niet naar het roer. Als er een grote golf over kwam, dan werd het schip enkele meters omhoog geslingerd. Dan kon je maar één ding doen; bidden of God je wilde bewaren en Hij heeft ons bewaard. Als je dan weer levend thuiskwam, kon je maar één ding doen; danken voor je behoud.

Klaske en Liuwe hadden de winkel van haar ouders overgenomen en van woning geruild. Klaske was bij tijden vinnig, herinnert een kleindochter haar. Ze was altijd bang dat Liuwe een ongeluk zou krijgen op zee. Dan bleef zij zitten met twee oude mensen en vier jonge kinderen. Ook toen de ouders overleden waren en haar vier kinderen uitgevlogen waren, bleef die angst. Dat Klaske’s angst gegrond was, blijkt uit het relaas van oud baakster Klaske Westra; Kapitein Liuwe  en zijn kornuiten vormden een hecht stel. We hebben wat in de rats gezeten. Dan stormde het als een idioot. Vooral in de herfst kon het ontzettend slecht weer zijn. Voeren ze normaal in veertien dagen naar de overkant, daar deden ze dan zes weken over. Dan hoorden we lange tijd niks en waren we  bang dat ze verdronken waren.

Liuwe is ook een keer met zijn schip vermist geweest. Door noodweer kon hij de zeilen niet omhoog krijgen, waardoor hij het kanaal was afgezakt en pas een week later bij Hoek van Holland opdook. Als Klaske een keer naar de stad was om inkopen te doen, werd zij aangereden door een boerenwagen. Zij kwam ten val en liep een botbreuk op. Onder de toegesnelde voorbijgangers was ook haar predikant. Klaske overhandigde hem snel haar tasje voor zij door ziekenbroeders werd ingeladen. In de handen van geestelijkheid  konden haar spaarcentjes geen kwaad.

Grietje de Jong van Veen herinnerde zich dat Liuwe toen met zijn schip in Londen lag afgemeerd. Toen Liuwe de onheilstijding bereikte, kwam hij direct naar Heeg terug en spoedde zich naar het ziekenhuis waar Klaske verpleegd werd. Zij was razend dat hij terug gekomen was en veegde hem van af het ziekbed de mantel uit over de gemiste broodwinning. Want Liuwe had zelf zijn terug tocht moeten bekostigen en tijdens zijn afwezigheid verdiende hij niks.

Er was een vaste ligplaats op de Theems op voorwaarde dat er op die plaats altijd een boot voor anker lag. Dat hield in dat Liuwe pas kon vertrekken als het volgende schip van de Vissers afmeerde. Dat hield in dat Liuwe daar zondags naar de kerk ging en ook kocht hij daar een kleinigheid voor zijn kinderen. En voor Klaske en zijn ouders een zijde  spek voor slechts twee penny’s per pond omdat de Engelsen geen spek lusten. Ook nam hij voor een habbekrats een emmer rauw vet mee naar huis. Engeltje en Klaske wisten er wel raad mee.

Het huis van mijn groot ouders was best wel een kapitaal pand verteld Klaske Brons. Maar de plee was in een schuurtje en daarvoor moest je een straatje op het erf oversteken. Door de weeks hadden de mensen er geen erg in als je moest. Wel zondags, Dan stonden er jongelui op de hoek te buurten. Die mispunten riepen tegen me; Moet je poepen liefje? Dan had ik natuurlijk het smoor in. Feike, de zoon van Liuwe en Klaske, kreeg verkering met een meisje uit Workum Zij was Baptist. Klaske had gedacht dat zij wel met Feike gereformeerd zou worden. Niet dus. In het geheim liet de gereformeerd gedoopte Feike zich opnieuw dopen bij de baptisten in Sneek. Toen Klaske dit vernam, stapte zij op hoge benen naar de betreffende predikant en spuwde haar gal over diens handelwijze.

De informatie van dit verhaal komt uit de map met verhalen van personen en Heegemers.

van Heech fan Âlds.                                                                                        F.K.