It Pikepoltsje

10 maart 2017

in It Pikepôltsje

Jierdei
Jildou viert op 26 maart haar derde verjaardag.
Van harte gefeliciteerd Jildou!

In maart komt Mare bij ons spelen!
Van harte welkom Mare en we wensen jou een hele leuke tijd toe op it Pikepôltsje!

Nasjonale foarlêswike
De laatste week van januari en in februari stond het prentenboek “Kleine walvis” centraal.
Boy, een jongetje die met zijn vader en zes katten in een huisje aan zee woont, vindt op een dag na een flinke storm een kleine walvis op het strand. Boy neemt hem mee naar huis en wil heel goed voor hem zorgen. Hij doet de walvis in het bad en geeft hem vis te eten. Zijn vader die overdag weg is, komt ’s avonds thuis en weet nog van niks. Boy durft het hem eigenlijk niet te vertellen, want misschien wordt zijn vader wel boos… Maar ja, zijn vader komt er natuurlijk toch achter. Gelukkig valt het allemaal mee, maar zijn vader vindt wel dat ze de kleine walvis weer naar de zee moeten brengen.
Boy is daar verdrietig
We hebben het over gevoelens gehad: Voel jij ook wel eens alleen, ben je dan verdrietig? Ben je wel eens blij, boos, bang, verbaasd? Wanneer ben je blij, verdrietig?
Het prentenboek van Karel helpt ons om over deze dingen te praten.
We hebben met een kleed golven gemaakt. Als het zacht waaide bleef het visje in de golven zwemmen, maar als het hard waaide werd het op het strand (grond) gegooid.
We hebben een boot gemaakt van blokken en vanuit de boot zagen we vissen zwemmen. Wie heeft de meeste vissen gevangen? Hoeveel?

Utspraken fan de bern
Als Charlie in februari op een morgen wakker wordt en de witte wereld buiten ziet, zegt hij: “Kerst”.

Als activiteit bij het voorleesboek “Kleine walvis” spelen de kinderen met water en kijken wat er drijft en zinkt.
Wat doet de steen Benthe? “Hij schminkt”

Als we hetzelfde boek bekijken vertelt juf dat Boy de kleine walvis op zijn kar sjort. Nee, zegt Jort, ikke net.

Pjuttenijsbrief maart 2017

Nij téma
Uche, uche, uche! Hatsjoe! Puk is verkouden, hij is er ziek van! Maar dat is nog niet alles: Puk valt ook nog op zijn knie en dat wordt pleisters plakken! Arme Puk!
Puk moet maar even naar de dokter.
We zullen een plekje in de klas zoeken waar de dokter spreekuur houdt en maar eens zien wat de dokter voor hem en andere zieke kindjes kan doen. We gebruiken pleisters, verband en misschien krijgt Puk wel een prikje.
We gaan goed voor Puk zorgen en stoppen hem lekker in bed. Misschien kunnen we hem wel een kaart sturen.

Gaan de kinderen wel eens naar de dokter? Sta je wel eens op de weegschaal of wil de dokter wel eens weten hoe groot je bent? Ben je gegroeid? Wie is het grootst, kunnen we dat ook meten?

We gaan luisteren naar het voorleesverhaal “Hatsjoe”:
Wikkie wil niet met zijn broertje spelen. Hij is ziek. Hij hoest en zijn keel en oren doen pijn. Mama stopt hem in bed en de dokter komt langs. Maar wat gebeurt er als hij weer beter is en met zijn broertje wil spelen

Een opzegversje:
Dokter, ik ha in seare hân.
Do krijst fan my in moai ferbân.
Dokter, ik ha in iepen hakke.
Ik sil der in pleister op plakke,
Dokter, myn halske docht sa sear.
Mei in drankje is it sa wer klear.
Dokter, ik ha in seare búk.
Gau op bêd mei in waarme krúk!

Oare ferskes:
Wêr is myn bûsdoek? Snute snute snotter.
Wêr is myn bûsdoek? Snute snute snik.
Ik ha pineholle. Do bist sa ferkâlden.
Wy ha de gryp, do en ik.

Ien twa trije, noas ôffeie, snút snut snút!
Want der komme hieltyd nije snotterbeltsjes út!