Elk vakgebied in de wetenschap heeft zo z’n eigen coryfeeën. Deze maand wordt van de vijf genomineerde boeken er eentje uitgekozen als het beste boek van de filosofie. Het is trouwens best moeilijk om een sluitende definitie te geven van de filosofie. Ik zoek het filosofisch aspect op de grens van de vakwetenschap door een andere visie of dimensie aan te brengen in de discussie. Er worden hier een aantal boeken genoemd die naar mijn oordeel deze filosofische discussies uitlokken en van belang zijn als alternatieve denkwijze.
Mijn voorkeur voor het beste filosofie-boek luidt “Waar blijft de ziel” van de arts Bert Keizer. Wat mij betreft mag hij de Socratesbeker in ontvangst nemen doordat hij het opneemt tegen het reductionisme van neurowetenschappers als Dick Swaab in zijn boek ‘Ons Brein’, een absolute bestseller.
Op het terrein van de economie mogen twee titels niet ontbreken die naast cijfers vooral de morele discussie van de economie ter discussie stellen nl.: ‘Hoeveel is genoeg’ van Robert & Edward Skidelsky en ‘De economie van goed en kwaad’. De zoektocht van economische zingeving van Gilgamesj tot Wall Street, geschreven door Tomás Sediacek.
Enkele boeken van theologische aard moeten evenzeer worden genoemd om hun “andere” kijk, nl.: “Hetzelfde anders zien” van H.M. Kuitert, “Religie voor atheïsten” van Alain de Botton, die pleit voor het behoud van allerlei rituelen uit de godsdiensten die we moeten bewaren en toepassen. Verder wil ik noemen de roman ‘Vader van God’ van Martin Michael Driessen dat zelfs de longlist heeft gehaald van de pretentieuze Libris-prijs en de opnieuw vertelde Genesis-verhalen van Guus Kuijer, de bekende kinderboeken schrijver, getiteld “De Bijbel voor ongelovigen.”
Het zijn eye-openers voor een orthodox opgevoed mens zoals ik ben.
Voor de jeugd zou ik onze dorpsgenoot Derk Visser willen aanraden in deze maand van de filosofie met zijn boek ‘Prikkeldraad’ 12-16 jr.
MJvSt