Súdwest-Fryslân klaar voor de toekomst
De gemeente Súdwest-Fryslân is klaar voor de toekomst. Vier jaar geleden zijn vijf gemeenten opgeschaald tot de huidige gemeente. Als eerste gemeente in Fryslân, en veel zullen nog volgen. De nieuwe gemeente heeft natuurlijk aanloopproblemen gekend, dat is logisch als vijf organisaties samengevoegd worden.
Inmiddels staat er nu een organisatie die met minder mensen meer werk doet, die een steviger onderhandelingspartner is naar de provincie en die nog zonder lastenverzwaring de bezuinigingen op heeft kunnen vangen.
Na de gemeenteraadsverkiezingen op 19 maart aanstaande gaat de gemeente een nieuwe bestuursperiode in. Met ingang van 1 januari jl. met een aantal dorpen van de oude gemeente Boarnsterhim en hierdoor de grootste gemeente van Nederland in oppervlakte.
De grote uitdaging bij de samenvoeging was: hoe houd je inwoners, stadsbelangen, wijkverenigingen en plaatselijke belangen betrokken?. Het antwoord ligt in ons kernenbeleid. De werkwijze van Wymbritseradiel is doorontwikkeld in de nieuwe gemeente en wordt in SWF breed gedragen tot uitvoering gebracht. Ook buiten SWF en zelfs buiten de provincie is er belangstelling voor deze manier van werken.
Veel tijd en energie is de eerste jaren dus gestoken in de opbouw van de gemeente. Het gaat om tal van zaken zoals het gelijktrekken van regelingen en werkwijzen, het onderhoud aan wegen en groen, de gladheidbestrijding, de oud papier regelingen, openingstijden van bruggen etc.
Er zijn nog zaken die de aandacht vragen. Ik noem de telefonische bereikbaarheid van het gemeentehuis en vooral het vervelende doorschakelen. Dit gaat gelukkig al veel beter.
SWF moet ook doorgaan met de verdere ontwikkeling van recreatie en toerisme, het verbeteren van de accommodaties en voorzieningen en zo kwaliteit bieden voor zowel toeristen als eigen inwoners.
Dit jaar worden er door de plannen van het kabinet taken op het terrein van de AWBZ, jeugdzorg en participatie naar de gemeenten overgeheveld. Dit betekent dat de gemeente per 2015 verantwoordelijk wordt voor:
– de begeleiding, ondersteuning en verzorging uit de AWBZ naar de WMO;
– de uitvoering van de Participatiewet (voor WWB-bijstand, voormalig Wajong en Wsw);
– de jeugdzorg; provinciale jeugdzorg, jeugdbescherming en –reclassering, etc.
Omdat het kabinet deze zogenaamde decentralisaties met forse bezuinigingen gepaard laat gaan, moet de gemeente dus meer gaan doen met minder geld.
Omdat we gemiddeld ouder worden, langer gezond en actief blijven, moet de gemeente werken aan langer zelfstandig wonen en zelfredzaamheid door te investeren in een levensloopbestendige woonomgeving. De gemeente moet initiatieven daarvoor actief ondersteunen.
Het beschikbare geld moeten we beter benutten door in te zetten op preventie, doelmatiger organiseren, en bundelen van diverse vormen van ondersteuning. Ook zal een beroep worden gedaan op het benutten van de eigen kracht van inwoners. De samenwerking lukt door anders te denken, anders te doen, van aanbodgericht naar vraaggericht werken.
Douwe Attema, raadslid voor het CDA.