Namibie-Botswana reisbelevenissen 3

3 februari 2015

in Verhalen

Het grondpad leidt ons door een woest berglandschap met diepe ravijnen over de Grootbergpas (1540m). Her en der bloeien bottle bomen in de rotsen, zogenoemd omdat de stam eruit ziet als een fles. Onder weg naar het wereldberoemde Etosha park duiken we nog een keer de bush in om een Himba dorp te bezoeken. Himba’s zijn halfnomaden, leven nog traditioneel en worden door de overheid als ‘halve wilden’ beschouwd. De vrouwen gaan ‘topless’ door het leven, ze dragen slechts een schort en zijn omhangen met prachtige sieraden.

Blote enkels taboe...

Blote enkels taboe…

Hoewel blote borsten, zijn blote enkels taboe en zijn deze gehuld in sieraden! De vrouwen wassen zich nooit, smeren hun lichaam in met een mengsel van vet en ijzerhoudend poeder, wat hun een roodbruine huid geeft. Ook het gevlochten haar wordt met deze smurrie ingesmeerd. Het beschermt hun tevens tegen de zon en muggen. Himba’s leven in lemen hutjes met een rieten dak en koken buiten op wat hout in het zand. Ze houden vee en leven van de melk en mais. Het vlees van het vee wordt alleen bij bijzondere gelegenheden gegeten, maar dan wordt ook álles van het dier gegeten.

Laat in de middag na een rit van 500 km staan we dan voor de Andersson Gate bij Okaukuejo in het Etosha National Park. Voor de diehards wil Ian nog wel een ritje in het park doen, dus snel de bagage in de lodge gedumpt en weer de lorrie in, want je zou wat kunnen missen! Van ‘streepjescodes’ en ‘takkenvreters’ (zebra’s, giraffes en antilopen) liggen we al niet meer wakker, we willen nu wel eens katten zien, de caracal  liet zich wel even zien, maar de grote katten hebben nog steeds geen zin in een fotosessie.

'go-away' bird

‘go-away’ bird

Maar we zien wel prachtige vogels, o.a. de reuze trap,  de francolijn (fazantachtige), helmparelhoen en de grey ‘go-away’ (z’n alarmroep). (foto links)

’s Avonds nog maar eens het geluk beproeven bij de poel bij de lodge. Op banken achter prikkeldraad kun je bij het licht van schijnwerpers de hele nacht wild spotten. Er struinen giraffes en een jakhals rond, echter een donderbui maakt een einde aan de pret.

De volgende dag vertelt Ian dat er na de bui leeuwen bij de poel waren… Maar niet getreurd we gaan de hele dag op ‘jacht’…
Het is bewolkt en het kan regenen, volgens Ian is het te koud en komen geen dieren bij de drinkplaatsen. Nou ja, wat heet koud… het is 280!!! Namibië kent maar 2 jaargetijden: de droge tijd van mei tot oktober met overdag vaak 250 en meer, en de regentijd van oktober tot april met temperaturen tot 400. In het natte jaargetijde is alles veel groener, maar in de droge periode zie je door de kale begroeiing het wild veel beter.

Het Etosha park is groter dan half Nederland, het is een vrij open savanne gebied met middenin de Etosha Pan, een witte kleipan van 5000km2. We crossen door het park en opeens is het raak… leeuwen… op jacht naar een prooi… zebra´s, uiterst behoedzaam sluipen de leeuwen door de struiken, maar er staan springbokken halverwege en maken het de leeuwen moeilijk, als zij onraad merken en op de vlucht slaan nemen ze de zebra´s mee.

zadeljakhals

zadeljakhals

Volgens Ian kan dit tafereel wel een paar uur duren en daar kunnen we niet op wachten. De zadeljakhals die er rond struint droomt al van zijn maaltje! We hebben het geluk helemaal mee nog geen half uur verder ligt er op het pad een luipaard relaxed te rollebollen.

luipaard

luipaard

Hij gunt ons de tijd voor mooie plaatjes, het is altijd een gedoe vanuit de lorrie, soms zit je net aan de verkeerde kant.

Het kan niet op we spotten een kudde gnoes, aasgieren en een kolossale olifant waarbij de zebra’s net dinky toys zijn. De olifanten van Etosha zijn met een schofthoogte van 4 m de grootste van Afrika. Ian vertelt zo tussendoor over het gedrag van dieren: bij hitte zorgt de piemel van grote dieren voor afkoeling door er mee te zwaaien.

giraffe bij een poel

giraffe bij een poel

Olifanten zijn familie dieren, bij een dode olifant treurt de hele familie, ze staan er omheen en raken de dode met de slurf aan en bedekken het met twijgen en aarde. De draf van een springbok begint met een sprong (een pronkie) en het is echt een pronkstuk om te zien.

Onze stop voor de nacht is Namutoni, een 5* onderkomen, maar als de stroom uitvalt en je ’s nachts moet plassen, kun je je nek breken, want de luxe badkamer is een paar treden naar beneden!

neushoorn

neushoorn

Nog niet verzadigd gaan de diehards nog eens met Ian op stap: een kudde olifanten en een giraffe staan bij de drinkplaats, een paar leeuwen, een neushoorn en een dik-dik (kleine impalasoort) kruisen ons pad. Wat een dag!!!!!

In de vroege morgen verlaten we Etosha, het grondpad nu asfalt geworden voert ons richting Grootfontein. Hier in de buurt bewonderen we de Hoba meteoriet, een klomp ijzer van 50 ton, in 1920 ontdekt, en hier zo’n 80.000 jaar geleden uit het heelal komen vallen.
Op weg naar Rundu aan Angolese grens is er druk verkeer van ‘vrachtmotors’ (zoals Ian een vrachtwagen noemt). Het noordoosten heeft een vochtig klimaat is vruchtbaarder en is daardoor veel dichter bevolkt dan de rest van Namibië. Vanaf Rundu rijden we over een extreem slecht grondpad, waarbij al je ingewanden zo’n beetje verplaatst worden, naar Divundu aan de Okavango rivier in de Caprivistrook. Deze 30 km brede en 450 km lange vingervormige strook ligt ingeklemd tussen Angola, Botswana en Zambia.

Wegens plaatsgebrek worden we ondergebracht in twee kampen, ik word met Ian en een reisgenoot van de rest gescheiden. We krijgen een tenthuisje toegewezen, waarbij ze mij de meest luxe toebedelen met uitzicht op de Okavango rivier. Vanaf het terras van het restaurant zie je de nijlpaarden met de kop boven water op de zandbanken liggen. Als we over het terrein struinen zien we overal pootafdrukken van de nijlpaarden, die ’s nachts op de wal komen grazen… Als ik ‘s nachts wakker word hoor ik ze rond m’n tent scharrelen, en hoop ik dat ze niet met hun kop de gazen raampjes doorboren… Maar ik hoor nog meer… er zit een beest in m’n tas aan iets te knabbelen, het zal wel een hagedis wezen denk ik en blijf mooi onder m’n klamboe liggen. ’s Morgenvroeg kijk ik voorzichtig in m’n rugzak… er springt niks uit… maar m’n appel is half opgevreten en er is aan de zoute koekjes geknabbeld.

nijlpaard

nijlpaard

‘s Morgens vraag ik Ian wat het geweest kan zijn, zonder twijfel zegt hij, ”en boomrat en zitten al je tenen er nog wel aan”. Als ik nog wat over het terrein struin wenkt iemand van het personeel me. Naast een van de huisjes ligt een nijlpaard en neem ik vanaf 3 meter afstand wat foto’s! Later blijkt dat er bij een reisgenote op het andere kamp een slang op een boomtak naast haar huisje lag!

Via het Mahango Game Park komen we bij de grens van Botswana, vanaf nu moeten we in de riemen, want de boetes zijn hier niet mals. Bij een politiepost moeten we allemaal uit de lorrie en moeten we onder een overkapping van tentdoek plaatsnemen. Blijkbaar vervelen de mannen zich en hebben ze zin in wat geouwehoer.

Om in Etsha bij onze lodge in de Okavango delta te komen moeten we onze lorrie op een parkeerplaats bij een paar rieten hutjes achterlaten en stappen we over in een paar  terreinwagens. Al snel blijkt waarom, het pad is een grote zandbak van mul zand, waarop je alle kanten uit glijd. Diep in de bush ligt Nguma Island Lodge, de tenthuisjes staan op 2 meter hoge palen met een klein terrasje zonder omheining en is het ’s avonds uitkijken, want het is in deze landen echt pikkedonker! We hebben alleen maar stroom van 18.00 tot 22.00 uur, en moet je het verder met een zaklamp redden.
De achterkant van de ‘badkamer’ is half open en dan kan er ook zomaar een beest binnen komen. Bij een reisgenoot kwam een aap even een rol wc papier halen!

mokoro

mokoro

Van de tenten loop je over steigers naar het restaurant. Bij hevige regenval stroomt het water van de Okavango hier onderdoor en zou er zomaar een krokodil deze route kunnen kiezen, het stikt hier n.l. van de krokodillen.
De Okavango rivier ontspringt in Angola en eindigt in een waaier van uitlopers in de Kalahari woestijn in Botswana. We gaan op verkenning in mokoro’s, een holle boomstam met plaats voor 2 man en door een inlander vooruit geboomd. Het is een moerasgebied met veel smalle en bredere waterlopen, waarin veel planten groeien en bloeien o.a. de waterlelie, met aan weerskanten metershoog papyrusriet.

giant Kingfisher

giant Kingfisher

In de delta zitten veel vogels en zien we o.a. een zeearend, de slangenhals, en de giant kingfisher (zwart-wit verenpak). Half verscholen in het riet ligt op de oever een krokodil te zonnen, maar het andere wild laat zich niet zien. Het is bloedheet op het water, veel drinken, insmeren en hoed op, want het haar schroeit je bijna van je kop.

Als we terug keren naar de ‘bewoonde wereld’ blijkt dat ons pad verspert is door een boom, werk van olifanten zij kunnen een enorme ravage aanrichten en moeten we met de terreinwagens dwars door het struikgewas onze weg zoeken. Weer op de parkeerplaats blijkt dat onze lorrie een lekke band heeft, met vereende krachten worden de moeren los gedraaid en vervolgen we onze weg. Een asfaltweg vol gaten en een paar uur verder hebben we weer een lekke band, hij is echt finaal aan flarden. Het wiel zit muurvast en het kost de nodige mankracht om het wiel te vervangen, en rest er nog een reserve wiel.

San (Bosjesman)

San (Bosjesman)

Aan het eind van de middag bereiken we de Dqae Qare San Lodge in de Kalahari woestijn vlakbij Ghanzi. Hier maken we kennis met de San (Bosjesmannen). Met een paar liefhebbers gaan we met een San jongen met pijl en boog gewapend op speurtocht de bush in. Hij wijst ons op sporen van wild, laat zien hoe je een wildstrik (kleinwild) maakt en vertelt over de werking van planten, zo is er een struik als je daarvan eet, je gewicht verliest! De San zijn jagers (mannen) en verzamelaars van vruchten (vrouwenwerk). Af en toe praat hij in Khoisan, een kliktaal waarbij ze met de tong een klikkende klank maken. In de avond dansen de San rond een kampvuur en natuurlijk moeten wij er ook aan geloven!

We vervolgen onze reis over de 2baans Trans-Kalahari Highway door de westelijke Kalahari woestijn, en rijden bij de grensovergang Buitenpos Namibië weer binnen op weg naar Windhoek. Rest nog een vrije dag in Windhoek, slaap even lekker uit, en ga ik ’s middags de stad wat verkennen. Heb dan het voorgevoel dat we vast eerder naar het vliegveld moeten, pak een taxi en voor € 2,– kom ik bij de lodge, waar reisgenoten ongerust waren of ik wel op tijd terug zou zijn, want er was inderdaad besloten op 1½ uur eerder naar het vliegveld te vertrekken.

Ian neemt afscheid met de hand op z’n hart en wenst ons Gods zegen en zegt toch vooral te vertellen wat voor een schitterend land Namibië is.
Deze reis heeft veel meer indruk op me gemaakt dan destijds Zuid Afrika. Heb veel meer wild gezien en genoten van de schitterende woeste natuur!
Een aanrader, maar je moet wel tegen een stootje en hitte kunnen….!!!!!

Vele euro’s armer, maar een schat aan ervaringen rijker!!!                  

Mariet Swart