Van hier tot Tokyo…..

6 juli 2016

in Verhalen

Het was even spannend of de reis naar Japan door kon gaan, eerst tot 3 keer toe een andere datum omdat hotels vol zaten, dan familie omstandigheden en de aardbeving op het eiland Kyushu dat ook op ons programma stond…

Met 24 dames van ‘Vrouwen van Nu’ uit alle windstreken van Nederland, en gids Marja van Kras Reizen stappen we op Schiphol in de Boeing 747 van de KLM. Voor mij is het de eerste keer dat ik met alleen maar vrouwen op reis ga, maar reisgenote Rinske de Jager uit Heeg is altijd één en al lof, welnu de tijd zal het leren… De vliegroute gaat over de Duitse Waddeneilanden, Denemarken, Zweden, Finland, Noord Siberië en China naar Japan. Na een non-stop vlucht van 11 uur en 10.000 km verder landen we ’s morgens om 8.30 uur op Narita Int. Airport bij Tokyo, op het eiland Honshu. Japan bestaat uit zo’n 6000 eilanden, ze strekken zich uit over een lengte van zo’n 3000 km van het noordoosten onder het Russische Sakhalin tot aan Taiwan in zuidwestelijke richting, de hoofdeilanden zijn van noord naar zuid, Hokkaido, Honshu, Shikoku en Kyushu.

De Japanse gids/tolk Aisin San (san is een aanspreektitel en betekent zowel meneer als mevrouw) wacht ons op en neemt ons mee naar de bus. Op de parkeerplaats worden we tot de orde geroepen door een parkeerwachter, want kriskras tussen auto’s doorlopen en een stukje afsnijden kan echt niet in Japan, je moet wel het juiste pad volgen… Na een nacht zonder slaap meteen maar een hele dag op tour door Tokyo, een betonnen stad van één en al hoogbouw en tig fly-overs van 3 lagen hoog. Tokyo telt 13 miljoen inwoners, met de slaapsteden 32 miljoen, een echt centrum heeft de stad niet het is een conglomeratie van dorpen. De stad is 2x verwoest, in 1923 door de Kanto-aardbeving en in 1945 door Amerikaanse bombardementen, maar beide keren is de stad chaotisch herrezen. Wat enigszins als centrum betiteld wordt is het zakendistrict, het politieke kwartier en het Keizerlijkpaleis.

Nijubashi-brug en keizerlijkpaleis

Nijubashi-brug en keizerlijkpaleis

Vanuit de fraaie buitentuin, waar hoewel laat in het seizoen toch nog kersenbomen bloeien, hebben we bij de Nijubashi-brug zicht op een gedeelte van het in het groen verscholen paleis. Hier hebben keizer Akihito en z’n vrouw Michiko hun domicilie. Hij is de 125ste keizer van Japan en heeft alleen een representatieve taak. Volgens oude kronieken zou de eerste mythische keizer Jimmu een rechtstreekse afstammeling zijn van zonnegodin Amaterasu en daar de keizers via erfopvolging worden bepaald hadden ze allemaal een goddelijke status. Pas in 1945 werd de goddelijke status onder druk van de Amerikanen afgeschaft.
De macht lag niet altijd bij de keizer, vooral tussen 1192 tot 1868 werd er strijd gevoerd tussen diverse clans en lag de macht bij de shogun (legerleider) en de samoerai (krijgers). In 1868 werd met het aantreden van keizer Meiji het shogunaat afgeschaft. Een nieuwe keizer koos vaak een andere stad als hoofdstad. Keizer Meiji verplaatste zijn hof van Kyoto naar Edo, in 1868 omgedoopt tot Tokyo.

Pagode en Senso-ji

Pagode en Senso-ji

En omdat we nu toch in hoge sferen verkeren gaan we de Senso-Ji Tempel (of Asakusa Kannon Tempel) bezoeken, de belangrijkste, kleurrijkste en drukste tempel van Tokyo. Een belangrijke plek om de boeddhistische god Kannon te aanbidden. Volgens een legende vonden 2 vissers in de Sumida rivier een 5cm hoog gouden beeldje van Kannon, de godin van de barmhartigheid. Het dorpshoofd liet toen een tempel bouwen, en het beeldje zou in het vergulde heiligdom van het hoofdgebouw staan, maar is niet te bezichtigen… Op een tempelterrein staan meerdere gebouwen, er kunnen zowel Shinto als Boeddhistische heiligdommen staan. We zien hoe mensen bij een groot wierrookvat met hun handen de rook over het gezicht laten waaieren. Scheppen met een nap aan een lange steel water uit een bekken om gezicht en handen te reinigen, gooien muntstukken in een bak, klappen 2x in de handen en staan een tijdje in gebed.
Vanaf het tempelterrein loop je de Nakamise-dori in, een druk straatje met alleen maar winkeltjes met souvenirs als o.a. kimono’s en eetstokjes en typisch Japans street food.

Tegen het einde van de middag gaan we naar ons hotel ‘Sunshine City Prince’ (nog geen zon gezien, inmiddels wel regen) voor de komende 3 nachten, moeten er eerst onze kleine kamer verbouwen om onze koffers kwijt te kunnen. We vallen bijna om… maar er moet ook nog gegeten worden en dat wordt een dinercruise ‘Tempura style’ (in dun beslag gefrituurde garnalen, vis en groenten als paprika, aubergines, boontjes) op de Sumida rivier. De schoenen moeten uit voor we naar binnen gaan, we zitten op de grond en onder het platte tafeltje is een uitsparing waar we onze voeten onder kwijt kunnen, het is wel een geworstel om er in en uit te komen. Op de tafeltjes staan heel veel kommetjes en bordjes met voor ons onbekende gerechtjes. Op een van de bordjes liggen overduidelijk verschillende moten rauwe vis… ja, die eet je dus ook gewoon rauw met wat sojasaus. Er ligt ook iets glibberigs donkerroods bij… het blijkt gemarineerde inktvis te zijn. Ik heb het opgegeten… maar een volgende keer voor mij geen inktvis meer! We weten eigenlijk niet goed wat je eerst of laatst moet eten en bovendien moet je ook nog met stokjes eten… de crew zal ons vast een stel barbaren gevonden hebben! Wat de eetstokjes betreft is het een uitdaging om je niet gewonnen te geven.

Kamakura: Amida-boeddha

Kamakura: Amida-boeddha

’s Morgens na een voortreffelijk ontbijt (Japans: vis, zeewier, noedels/rijst of Engels of gewoon brood) vertrekken we naar Kamakura ten zuiden van Tokyo. De eerste shogun Minamoto koos in 1192 deze mooie plek omringd door heuvels en aan de Stille Oceaan als hoofdstad. Verspreid in de heuvels liggen hier 19 shinto heiligdommen en 65 boeddhistische tempels. Hier staat ook de indrukwekkende 13.35 m hoge bronzen Amida-boeddha (je kunt erin) uit 1252. De houten hal waarin hij stond is in 1495 door een tsunami verwoest en door de Kanto-aardbeving van 1923 is het beeld een meter verschoven en is de sokkel later van schokdempers voorzien.

Het shintoïsme is een animistisch geloof waarin alles een ziel heeft, het is de oudste godsdienst van Japan. Het boeddhisme, een leer ontstaan in India met een historische figuur als grondlegger, kwam in de 6de eeuw vanuit China in Japan.
Japanners benaderen religie praktisch, gaan niet op zondag naar een tempel, maar gaan op weg naar hun werk, school of op een vrije dag even bij een tempel aan, en vragen de kami (goden) bijvoorbeeld om een gunst voor gezondheid of succes in zaken doen.

In Japan vind je op de meest onverwachte plekken wel een tempel of het nu in een drukke winkelstraat is of ergens in de natuur. Japanners hebben een wereld aan goden, want voor iedere nieuwe uitvinding kwam er in de loop der tijd ook weer een god bij, zoals voor een auto of computer. Japanners hangen gelijktijdig het shintoïsme en het boeddhisme aan en in hun huizen staat zowel een boeddhistisch als shintoïstisch altaar.

’s Avonds gaan we in stadsdeel Shibuya naar Hachiko Plaza, gelegen aan het drukste kruispunt van Tokyo. Als voetgangers groen licht krijgen is het een chaos want er steken wel duizend mensen tegelijk kriskras over. Op dit plein staat ook het beeld van de hond Hachiko waar iedereen mee op de foto wil. Elke avond wachtte Hachiko bij de uitgang van Shibuya Station op z’n baasje ook na de dood bleef Hachiko dit nog jaren doen. Van dit waar gebeurde verhaal is de ontroerende film Hachi met Richard Gere in de hoofdrol gemaakt. Dit gebied is een druk uitgaanscentrum voor jongeren met veel bars en modewinkels, waar veel jongeren in de meest hippe creaties rondlopen.

Wij ‘grijze jongeren’ laten ons hier weer verrassen door de Japanse keuken! Natuurlijk moeten bij binnenkomst van het restaurant de schoenen weer in een kastje geplaatst. We zitten in een soort van zitkuil en op tafel staat op een brander een grote aluminium kom met water, een bord met diverse groenten, dun gesneden vlees en een ei. Groente en vlees laat je blancheren in de kom, waar je voor de smaak sojasaus aan toe kan voegen. Het rauwe ei breek je in een kom en daar haal je dan de gare groente en vlees door en eet je het op… wel met stokjes natuurlijk… en echt het is heerlijk!

Mariet Swart (wordt vervolgd)