Aakschipper Hylke Hiddes Heeg Deel II

11 maart 2019

in Verhalen

 

Subtitel: Hoe de familie naam Boersma,  in Heeg bleef bestaan.

Hylke Hiddes en Antje (Anneke)Hendriks, trouwen in mei 1785 in Heeg, krijgen hun kinderen in een roerige tijd, rond en in de tijd van Patriotten en Prinsgezinden, de Franse revolutionairen komen (op verzoek van wat patriottische ballingen in Frankrijk) in de zeer strenge winter van 1794/95 onze grote rivieren over, met de leus “Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap”, de Adel voor zich uit drijvend, ook de Van Harinxma’s vluchten uit Heeg e.o. naar het Duitse Emden, in Oost Friesland, de bestuurlijke laag, verdwijnt dus van de Harinxma Stins, die ongeveer stond op de plaats van de oude gesloopte RK School. De vrijgekomen posities worden door de volgende laag van gegoede en Rijke burgers ingenomen, o.a. De Visser’s, de structuur bleef bestaan, alleen met andere “Poppetjes” die aan de touwtjes trokken, de eerder genoemde leus blijkt een illusie die verwaait, alles blijft zoals het was, op één ding na, de kerkelijke structuur,  met haar DTB registers verdwijnt, daarvoor nu de B.Stand, de Nassau vlag krijgt de revolutionaire kleuren. Ook raakten de nu Franse Nederlanden in oorlog met Engeland,een ramp voor de palingvaart. Moeder Anneke stond er na 1803 alleen voor de jongste nog maar drie jaar oud, verhuis de van bovenkant naar de onderkant van de laagste klasse, met Diaconie overleven.

Beste Feite en Freerk; Dank voor het doorsturen van de familiegeschiedenis, fantastisch! Er volgen een aantal mails over en weer, waaruit blijkt dat we nog al een aantal parallellen hebben, en dat is leuk. We wisselden wat familie gegevens uit. Nu hebben we zelfs een “gemeenschappelijk voorouder paar”, n.l. Hylke Hiddes *1663  en Rench Lolkes geh. op 10 juni 1689 te Heeg (Stamouders van half Heeg), hij is schipper, samen de grootouders van Hylke Hiddes de aakschipper!

Begin 1822 komt Hendrikje, 25 jaar (zwanger), weer thuis wonen, en bevalt op 20 aug, van een zoontje die ze de naam Hylke geeft, in de akte vermeld als: in “onecht” geboren, maar niet “vader onbekend” dat meer voorkomt. Sybren Jetzes Reyenga is de aangever. In aug. 1826 overlijdt Hendrikje, doodsoorzaak: een gebroken hart?

Voor de duidelijkheid: Hendrikje is geen tienermeisje, maar een volwassen vrouw van 25 jaar, die een liefdes relatie had met een zekere Johan, geen lid van de arbeidersstand, dat zou door wederzijdse families een “geregeld” (gedwongen) huwelijk zijn geworden, nee Johan kwam uit de bovenlaag, wilde, kon of mocht niet met haar trouwen wegens het “Standsverschil”, en de verplichtte vaderlijke toestemming gold tot/met 28 jaar; dus wel de lusten maar niet de lasten willen dragen!

Maart 1833: Beppe Antje (Anneke), de verzorgster van Hylke (7), overlijdt 73 jaar oud, weduwe te Heeg. Aangevers: volgens de burenplicht zijn dat: Sybren Jetzes Reyenga, beurtschipper en Jan Annes Visser, koopman en reder te Heeg, buren van Anneke, haar woonomgeving zal dus zijn geweest “De Fiskersbuorren”, achter de Syl en dorpstraat.

Dan de “Alias” van Hylke: die van zijn 4e tot zijn 18e jaar, Hylke Johan’s Lintworm, wordt genoemd, en dat is geen bij- of scheldnaam, maar een soort van “Geuze Naam”, door de familie met zorg gekozen, om een paar zaken heel erg duidelijk te maken:

1: Door hem Hylke Johan’s te noemen geven ze aan wie de vader is, die moet zich daardoor aangesproken voelen en daardoor alsnog het kind erkennen.              2: Door hem de naam “Lintworm” te geven, spreken ze hun “waardering’ uit over de gang van zaken die moeder en kind wordt aangedaan, n.l. het “onrecht” en  het “onecht” zijn. En Lintworm, geeft die duidelijkheid, lintwormen kwamen door hygiëne gebrek veelvuldig voor, de dorpstraat was zelf het riool, en was nog onverhard ook. Een van de eigenschappen van een Lintworm is, dat deze parasiet, zijn gastheer/vrouw meestal niet laat sterven, maar wel in de “nederklits” houdt, de groei is er uit, je wordt ziekelijk gehouden. En dat is nu precies, wat de gegoede bovenlaag, met hun ondergeschikten ook doen, kort, klein en vooral afhankelijk houden, om er zelf goed van leven. Zij konden zich “dat” toen wel veroorloven! Als Hylke Johan’s Lintworm, woont hij bij zijn tantes, éérst bij Grietje en Pieter, in de kerkboeken maakt hij deel uit van dat gezin, om dat even later te verruilen voor dat van Baukje en Taede, Hylke Lintworm is 3 jaar ouder dan zijn neefje Hylke, maar was al wel van die leeftijd dat hij met pleegvader omke Taede, als fokkenist en roerganger meekon op de visboot, hij kreeg dan ook hier zijn opleiding tot beroepsvisser, en dat is hij gebleven, hij trouwde in 1858 met Taatje (Taedske) Berends Bakker geb. te Sneek, zij kregen 6 kinderen; het dichtzet achter Heeg, oostkant randwegbrug, was van hem, en later van zijn opvolgers, dat is rond de oorlogsjaren overgegaan naar Thomas Visserman, de palen van dit dichtzet staan er nu nog steeds, goed zichtbaar, aan beide kanten van de Weisleat, maar buiten gebruik. Laatste telg van deze Hylke Boersma, was Hylke Thomas Boersma, getrouwd met Fokje Ruurds Fortuin,  1916-2001, was ook nog visser, venter in vis (bokking), groente handelaar en winkelier met postagentschap in Heeg. De dominante namen binnen deze families is vanaf 1600: Hylke (Hielke) en Hidde; Thomas en Folkert komen van Hylkes vrouw Taatje Berends Bakker. Meisjesnamen Anneke en Taatje.       Einde   FT.

 

Families in Heeg: Boersma, Veenstra, Hoomans, Vlas, Wiersma, Westra en Wijnja, Wybinga, Grondsma, Bergstra, de Vissermannen, Sybren van der Meer, Terpstra, v.d. Heide, Hoomans, Nijdam, v/d Werf-Visserman, van der Schuit en vele anderen.

Rond Heeg: Wijnja Oudega, Wiersma, Damstra’s en Twijnstra’s Abbega Oosthem Folsgare, Walinga Oudega, Nieuwenhuis, Hommerts o.a.

Interesse? Neem contact op met f.terpstra   voor eventueel een uitdraai van de stamboom?